Wat voor soorten moskeeën zijn er?

De moskee van binnen en buiten: typen, architectuur en geloofsrichting

Een moskee (masdjid  = de plaats waar mensen neerknielen voor hun god) is in eerste instantie een gebedshuis. Het huis van profeet Mohammed in Medina wordt als eerste moskee beschouwd. Vrijwel elke moskee heeft een kleine nis (mihrab) die de gebedsrichting (qibla) naar Mekka aangeeft. Daarnaast behoren de preekstoel (minbar), de maksaru (omheide ruimte voor de kalief of diens vertegenwoordiger) en het waterbekken voor rituele reinigingen tot het interieur van een moskee.

Moskeeën kunnen zeer sober van opzet zijn, maar het zijn vaak ook zeer indrukwekkende gebouwen met uiteenlopende architecturen. Kenmerken daarvan kunnen zijn: koepels, minaretten, portalen, spitsbogen, binnenhoven en weelderige versieringen.

Dé oermoskee is volgens de overlevering de mythische gebedsruimte die de profeet Mohammed liet bouwen in Medina. Het was een heel eenvoudig bouwsel, met wat overkappingen in de richting van Jeruzalem, toen nog de gebedsrichting. Vanaf het moment dat de verplichte gebedsrichting Mekka werd, moesten de gelovigen omdraaien. Aan de andere kant werden ook overkappingen gebouwd, waardoor de kenmerkende galerijen een zijn ontstaan.

Ook de oorsprong van de minaret kent zo’n verhaal. De eerste muezzin die de moslims opriep tot het gebed, deed dat vanaf een stapel stenen. Die stapel is later steeds wat hoger gemaakt en uitgegroeid tot een toren.

Moskeetypen
In de loop van de tijd ontstonden er vanuit die oermoskee allerlei verschillende prototypes die kenmerkend zijn voor stromingen, regio’s en functies. Zo werden de djami's gebouwd, grote vrijdags- of gemeentemoskeeën, die speciaal bestemd waren voor het vrijdaggebed op het middaguur. Deze moskeeën waren eigenlijk niet veel meer dan rechthoekige, omsloten pleinen. In de twaalfde eeuw ontstond de medresse, ook wel madrasa of onderwijsmoskee genoemd. Hiermee werd de overgang gekenmerkt van openluchtmoskeeën naar gebouwen waar boven het centrale, open deel een koepel ander eoverkapping werd aangebracht. De moskee was niet langer alleen een religieus, maar eveneeens een sociaal en politiek centrum in het islamitische leven.

Veelvoorkomende typen moskeeën zijn de Mogulmoskee met de kenmerkende drie uivormige koepels (in de Hindoestaanse regio), de Ottomaanse moskee met een centrale koepel (Turkije) en de Moorse moskee met tentdak (Marokko).

Moskeearchitectuur in Nederland
Hoewel het aantal moskeeën de afgelopen jaren stabiel is gebleven, is de zichtbaarheid er van toegenomen. De schuilmoskeeën’, zogenoemd omdat ze weggestopt waren in voormalige schoolgebouwen, bedrijfjes en kantoorpanden, maken hier en daar plaats voor exemplaren die weergeven waar de bestuurders van de moskee voor staan. Volgens architectuurhistoricus Roose is er steeds meer behoefte om een bepaalde visie op de islam te materialiseren.

Heimwee of polderen?
Architectuurhistorici, architecten en ontwerpers van zijn in het afgelopen decennium participanten geworden in het islamdebat. Moskeeën in Nederland zouden een boodschap uitdragen door hun ontwerp. De toon werd gezet door het architectenduo Abdeluahab Hammiche en Ergün Erkoçu van bureau Memar Dut©h.

Zij bestempelden eigentijdse gebedshuizen als 'poldermoskee' en zetten moskeeën die veel gelijkenissen vertonen met die in de landen van herkomst weg als ‘heimweemoskeeën’. Die lijn kreeg veel bijval. Ontwerpers van moskee Essalam in Rotterdam, de Taibah-moskee in Amsterdam en de Mevlana-moskee in Rotterdam konden rekenen op veel kritiek, omdat de bouwwerken met grote minaretten en koepels en vaak weelderige versiersels toonbeelden van heimwee zouden zijn naar het land van herkomst en in het Nederlandse landschap totaal uit de toon zouden vallen. Al snel viel de term ‘islamisering’.

Maar er zijn ook ander meningen: Volgens architect Wilfried van Winden geeft de Essalam-moskee uiting aan de identiteit van het religieuze deel van de Marokkaanse gemeenschap in Rotterdam en is daarmee naast de Kuip een krachtige expressie van het streekeigene van Rotterdam-Zuid. Dit wordt weersproken door antropoloog en architectuurhistoricus Roose. Hij zegt over de Essalam-moskee: "De keuze voor ronde minaretten en voor koepels is niet ingegeven door traditie, maar het is een bewust signaal om zich af te zetten tegen de Marokkaanse staatsislam, die erg aan de koning hangt. Daar gelden strakke bouwvoorschriften. Door juiste afwijkende vormen te kiezen, nemen ze positie in."

De door Memar Dut©h voorgestedde poldermoskeeën integreren elementen als koepels en minnaretten juist in het gebouw. Het zijn moskeeën die goed passen binnen de Hollandse polder, maar die niet noodzakelijkerwijs een minaret of een traditionele koepel hoeven te hebben. Hammiche: “De functie van zo’n toren is achterhaald. Iedereen heeft tegenwoordig een horloge, gebedskalender of wordt gewaarschuwd per sms.”

Volgens Memar Dut©h heeft de nieuwe generatie andere moskee-ideeën. Hammiche zegt: ''Onze leeftijdsgenoten zitten niet te wachten op een traditionele moskee. Zolang je geen nieuwe, alternatieve elementen toevoegt, blijft alles altijd hetzelfde.'' De moskee van de toekomst biedt volgens het bureau bijvoorbeeld sport-, cultuur- en restaurantfaciliteiten en er kunnen ook niet-moslims gebruik van maken. Dat staat volgens hen voor integratie. Wel vinden ze dat het geloof en de functie van het gebouw uitgangspunt moeten blijven bij het ontwerpen ervan.
 

Integratie, beeldvorming en verzet
Wie denkt dat grote minaretten ook maar íéts zeggen over hoe de integratie verloopt, zit er volgens architectuurhistoricus Eric Roose helemaal naast. Hij verzet zich dan ook tegen de door Memar Dut©h  geïntroduceerde termen heimwee- en poldermoskee. Roose in het Reformatorisch Dagblad: “Neem nu de al-Furqaanmoskee in Eindhoven. Die moskee heeft geen visueel sterke koepels en geen minaretten. Dat zie je vaker binnen de meer puriteinse varianten van de islam, omdat de aanhangers terug willen naar de tijd van de profeet. Toen was er ook nog geen hoofdrol voor koepels en minaretten. Uiterlijk gezien zou je dat soort moskeeën dus modern kunnen noemen, maar in feite zijn dát juist de heimweemoskeeën. Het zijn constructies in het debat waar de werkelijkheid vervolgens aan wordt opgehangen.”

Roosse stelt dat uit het ontwerpproces telkens blijkt dat het bestuurders uitsluitend gaat om via het moskeeontwerp de eigenheid van de specifieke gemeenschap te benadrukken. “Als bijvoorbeeld de Taibahmoskee in Amsterdam allerlei elementen van het graf van haar stichter in het gebouw verwerkt, vertelt ze daarmee andere moskeeën hoe belangrijk die man wel niet was.”

Een prominente ligging en koepels en minaretten wordt niet altijd eenduidig geïnterpreteerd. Zo kan zelfs een moskee die precies hetzelfde bleef van een „toonbeeld van integratie” veranderen in een „gedrocht van non-integratie.” Dat laatste overkwam de Mevlanamoskee. Die werd eerst nog uitgeroepen tot mooiste gebouw van Rotterdam - mede omdat het Turkse ontwerp met typisch Nederlandse technieken tot stand was gekomen - maar een paar jaar later afgedankt als heimweemoskee en architectonische kitsch.

Marcel Maussen, die aan de UVA onderzoek deed naar het beleid rond de bouw van moskeeën, vindt de beeldvorming rond zo’n moskee eigenlijk interessanter dan het gebouw zelf. Hij stelt dat de ontwikkeling van de moskeearchitectuur in de hoofden van de mensen een illustratie is geworden van het multiculturele drama, zelfs als de gebouwen niet veranderd zijn. Enige voordeel is volgens Maussen dat daardoor gemeenten wel een visie zijn gaan ontwikkelen op de architectuur van moskeeën.

Reacties op moskeebouw komen ook van buurtbewoners. Het verzet tegen de bestemmingsplannen voor de bouw van nieuwe, zichtbare moskeeën is in Nederland wijdverspreid en wordt vaak tot aan  de Raad van State gevoerd. Klachten lopen uiteen van de vrees voor geluidoverlast van de luisprekers, parkeerproblemen, en een gevoel van buitenlandse dominantie door de ‘hoge torens’ en predikers met een opruiende boodschap.

Dit latente verzet wordt actief ondersteund door sites als mosknee (initiatief van de PVV) en burgerjournalisten.wordpress.com (sinds kort door de provider offline gehaald). Een interessante case is de rol die gebrek aan transparantie, beeldvorming en buurtverzet hebben gespeeld bij het afblazen van de bouwplannen voor moskee Al-Wahda in Gouda. Kijk ook naar deze uitzending van de de Moslimomroep.

Onderscheid naar etniciteit en geloofsrichting
Een andere manier om moskeeën te cetagoriseren is langs etnische lijnen, naar hoofdstroming, naar rechtsschool en naar specifieke sub-stroming of denominatie. Van veel richtingen is er wel een moskee in Nederland te vinden. Het merendeel van de moskeeën wordt echter bestuurd door Turkse en Marokkaanse Nederlanders; nagenoeg allemaal soennitisch en van respectievelijk de hanafitische of malikitische rechtsschool. Daarnaast is er een wirwar aan moskeeën van Surinamers en Pakistani (zowel soenitisch als Ahmadi’s) van de op het wahabisme leunende salafisten (vooral populair onder Marokkanen en bekeerlingen), van soefi’s en van verschillende sjiitische sub-stromingen, waaronder de Azeri’s.

Lees ook deze interessante studie of klik door naar deze link.

Moskeeen krijgen van de buitenwereld geregeld een predikaat. Ter illustratie: over zogenaamde 'radicale' moskeeën en 'gematigde' moskeeën onderstaand youtube filmpje:
 

Zie ook:


Op dit gedeelte van de site een overzicht van de wijze waarop moslims zich in Nederland georganiseerd hebben. Kijk voor de overzichtspagina hier.


De achtergrondartikelen op deze site zijn geschreven door Roemer van Oordt en Ewoud Butter. De informatie op deze site is 'work-in-progress' en wordt geregeld aangevuld en indien nodig gecorrigeerd. Heeft u opmerkingen of aanvullingen, mail deze dan naar info@polderislam.nl
Laatste wijziging van deze pagina: 10 september 2015

Delen:


Gerelateeerde nieuwsberichten: